Maghda

Maghda (Maghdalena) is de eerste dochter van een adellijke familie. Haar moeder overleed bij haar geboorte. Na een aantal jaren besloot haar vader te hertrouwen.

Haar stiefmoeder besloot dat er in het nieuwe gezin geen plaats meer was voor Maghda en ze werd naar het klooster gezonden. Gelukkig kon haar vader haar nog het lievelingsinstrument van haar moeder meegeven: de harp.

Deze harp met de naam Aurora heeft Maghda na het muzikale onderricht in het klooster leren bespelen. Haar tijd in het klooster was niet fijn en toen haar vriendin Silke besloot weg te lopen werd ook door Maghda de keus snel gemaakt, mee te gaan.

Na vele omzwervingen belandden ze in de Westerwolde in de herberg van Adelheid waar Maghda met harpspelen haar kostje verdient. En toen de Westerwolders op de vlucht sloegen voor Addinga bleef er ook voor Maghda geen andere keus dan mee te vluchten.

Ondanks de vlucht blijft haar droom zo goed te leren harpspelen dat ze later als harpiste aan het hof van koningen en keizers mag op treden.